New Year’s Morning (Helen Hunt Jackson)

Only a night from old to new!
Only a night, and so much wrought!
The Old Year's heart all weary grew,
But said: "The New Year rest has brought."
The Old Year's hopes its heart laid down,
As in a grave; but, trusting, said:
"The blossoms of the New Year's crown
Bloom from the ashes of the dead."
The Old Year's heart was full of greed;
With selfishness it longed and ached,
And cried: "I have not half I need.
My thirst is bitter and unslaked.
But to the New Year's generous hand
All gifts in plenty shall return;
True love it shall understand;
By all my failures it shall learn.
I have been reckless; it shall be
Quiet and calm and pure of life.
I was a slave; it shall go free,
And find sweet peace where I leave strife."
Only a night from old to new!
Never a night such changes brought.
The Old Year had its work to do;
No New Year miracles are wrought.

Always a night from old to new!
Night and the healing balm of sleep!
Each morn is New Year's morn come true,
Morn of a festival to keep.
All nights are sacred nights to make
Confession and resolve and prayer;
All days are sacred days to wake
New gladness in the sunny air.
Only a night from old to new;
Only a sleep from night to morn.
The new is but the old come true;
Each sunrise sees a new year born.
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Achter tralies (Hugo Claus)

Zaterdag zondag maandag trage week en weke dagen

Een stilleven een landschap een portret

De wenkbrauwen van een vrouw
Die zich sluiten als ik nader

Het landschap waarin blonde kalveren waden
Waar het weder van erbarmen
In het Pruisisch blauw der weiden ligt gebrand

Toen heb ik nog een stilleven geschilderd
Met onherkenbare wenkbrauwen en een mond als een maan
Met een spiraal als een verlossende trompet
In het Jerusalem van mijn kamer.



(Bron: Een huis dat tussen nacht en morgen staat/De Sikkel)
Geplaatst in Hugo Claus | Tags: , | Een reactie plaatsen

Ach, er komen wel weer bloemen (Jan Arends)

Ach
er komen
wel weer bloemen.
 
Heb je ooit
zoveel honger gehad
als nu?
 
Als er weer bloemen komen
zal het brood zijn.
 
Dan komen alle dromen
terug.
 
Boze dromen
van honger
zullen weer terugkomen.
 
Er komen weer bloemen
van lente
en angst voor de winter.



(Bron: Vrijgezel op kamers/De Bezige Bij)
Geplaatst in Jan Arends | Tags: , | Een reactie plaatsen

CAFE AURORA (Johan Daisne)

Reeds meer dan twintig, dertig jaar geleden.
Maar elke avond, in de oude stede,
zit hij in een café, over 't station,
waar het eens allemaal begon.

Moderne luxe, net als toen,
van luchters, van gegalonneerd fatsoen,
en van muziek, gesmoord, en in draaideuren
de reuk van rook, van wijnen en odeuren.

En in de ramen nog altijd reclamen,
de ondergaande zon, of het gewaai
van regenbomen in de herfst, 't geaai
van lente of de sneeuw van Kerst.

Reeds meer dan twintig, dertig jaar geleden.
Of zij nog leeft, dan wel is overleden?
Hij staart, en elke avond zit hij daar
en wacht nog steeds op haar.

Vast overtuigd dat eenmaal uit zijn dromen
zij glimlachend terug zal komen,
de trotse, trots haar zestig jaar,
met heel de weeld van rouge en blond haar,

haar blanke neus en goddelijk gebaar...


(Bron: Gedichten 1971/Davidsfonds)
Geplaatst in Johan Daisne | Tags: , | 1 reactie

Herbst (Theodor Storm)

Schon in's Land der Pyramiden
Flohn die Störche über's Meer;
Schwalbenflug ist längst geschieden,
Auch die Lerche singt nicht mehr.

Seufzend in geheimer Klage
Streift der Wind das letzte Grün;
Und die süßen Sommertage,
Ach, sie sind dahin, dahin!

Nebel hat den Wald verschlungen,
Der dein stillstes Glück gesehn;
Ganz in Duft und Dämmerungen
Will die schöne Welt vergehn.

Nur noch einmal bricht die Sonne
Unaufhaltsam durch den Duft,
Und ein Strahl der alten Wonne
Rieselt über Tal und Kluft.

Und es leuchten Wald und Heide,
Daß man sicher glauben mag,
Hinter allem Winterleide
Lieg' ein ferner Frühlingstag.

Die Sense rauscht, die ähre fällt,
Die Tiere räumen scheu das Feld,
Der Mensch begehrt die ganze Welt.

Und sind die Blumen abgeblüht,
So brecht der äpfel goldne Bälle;
Hin ist die Zeit der Schwärmerei,
So schätzt nun endlich das Reelle.

Geplaatst in Theodor Storm | Tags: , | Een reactie plaatsen

Lezen (Ingmar Heytze)

Mijn boeken zijn meer
dan gebundeld papier
zoveel meer
dan een paar glazen inkt
op dood hout

het zijn stemmen
die nimmer
de stilte doorbreken

ruisende werelden,
plaatsen van rust

het zijn bomen
die weer zijn begonnen
te spreken


(Bron: Alleen mijn kat applaudiseert/Stichting Lift)
Geplaatst in Ingmar Heytze | Tags: , | Een reactie plaatsen

La belle epiek (K.D.)

of we nog eens kunnen tafelen
tête à tête heet dat dan
volgens de nouvelle cuisine

je stem beeft zachtjes
als schokjes na de storm
het episch centrum vinden we later wel

we volgen gewoon de korsten
en breuken over je arm
jouw wegenkaart voor later

we spreken dan wat
over windkracht tien en zo
je twijfelt dan nog wat na

over wie je vandaag wil zijn
storm of de stilte erna
gevallen boom of de indruk die hij liet


(Bron: Gegrift, gedichten uit de psychiatrie)
Geplaatst in K.D. | Tags: , , | 2 reacties

Steen (Elmer Kollaard)

Zelfs in het roze graniet
ziet hij zichzelf terug.
Niet zijn gezicht –
graniet spiegelt niet.

Wat het teruggeeft is gewicht,
vindplaats, kleur, vorm. Houvast
dat zich verplaatst heeft naar zijn hoofd,
waarin het naadloos past:

dat pad, dat roze, die plek en
dat moment. Die blik.
En dan: die is van mij.
En: dat ben ik.


(Bron: Gedichten/Meander Magazine)
Geplaatst in Elmer Kollaard | Tags: , | Een reactie plaatsen