Categorie archief: Gerrit Achterberg

Kleine ode aan het water (Gerrit Achterberg)

  Zo staat de regen als een raam over de bloemen, mond en maan leggen er groot en rond zich aan, liggen er groot en rond om dicht, o teug, waaraan ik lig; met mijn gezicht in maan en water … Lees verder

Geplaatst in Gerrit Achterberg | Tags: , | Een reactie plaatsen

Ets (Gerrit Achterberg)

De bomen waren tot een staalgravure gebeten tijdens mijn afwezigheid. Toen ik terugkwam stonden zij de tijd tegen te houden en verscherpt te duren, In droge naald gezet voor de azuren avond, aftekenend hun takken wijd. Daaronder lag het huis … Lees verder

Geplaatst in Gerrit Achterberg | Tags: , | Een reactie plaatsen

Belijdenis (Gerrit Achterberg)

Gij wist dat ik niet anders was, dan wat ik worden zou met u: gij hieldt mij aan uw hart en schuw beleedt ge in uw heerlijkheid dat ge niet anders had verwacht: en nu aan deze eerlijkheid te bloeien … Lees verder

Geplaatst in Gerrit Achterberg | Tags: , , , | 3 reacties

Kloosterhofje van Fréjus (Gerrit Achterberg)

Hier kan de geest de stof direct bereiken. Een vierkant valt voortdurend uit het licht en zet zich om in zuilenevenwicht met bogen die de ruimtevloed indijken. Lichaam en ziel doen hier elkander blijken. En duiven waaien alle ogen dicht, … Lees verder

Geplaatst in Gerrit Achterberg | Tags: , , , | Een reactie plaatsen

Bloemen (Gerrit Achterberg)

Bloemen, waarin wij bloeien zonder bodem, zijn onze leden in elkaar gevouwen en ons gelaat is niet meer te benoemen. Wij worden koning in elkanders bloed. Gronden, in schemering gehouden, met wind en eenzaamheid gevoed, vlijen zich open, horizonnen wijken … Lees verder

Geplaatst in Gerrit Achterberg | Tags: , , | 1 reactie

Droomballade (Gerrit Achterberg)

O gij die ik had opgewacht. Ik bond den wind om uwen hals in verre sterrenacht, ik brak uw dansen af tot op de grond, uw lachen vond den dood onder mijn schaterlach ___ De huizen werden blokken nacht. De … Lees verder

Geplaatst in Gerrit Achterberg | Tags: , , , , | Een reactie plaatsen

Droomschuim (Gerrit Achterberg)

Droomschuim was deze nacht een gaaf gezicht en warme kleren. Wij spraken veel en vlug, omdat het niet kon duren. Je was hertrouwd, hij zag onze intimiteiten. Hij sloeg zijn ogen neer zonder verwijten. Je sloeg op hem geen acht: … Lees verder

Geplaatst in Gerrit Achterberg | Tags: , | Een reactie plaatsen

Grammofoon (Gerrit Achterberg)

Als ik de naald zet op het eboniet, begint de stof in steile drift te schallen. Een jubel, die geen adem hoeft te halen, stijgt uit het zwarte landschap van het niet. Binnen de donkere groeven van het lied zijt … Lees verder

Geplaatst in Gerrit Achterberg | Tags: , | Een reactie plaatsen