Maandelijks archief: februari 2015

Terzinen über Vergänglichheit (Hugo von Hofmannsthal)

I Noch spür ich ihren Atem auf den Wangen: Wie kann das sein, dass diese nahen Tage Fort sind, für immer fort, und ganz vergangen? Dies ist ein Ding, das keiner voll aussinnt, Und viel zu grauenvoll, als dass man … Lees verder

Geplaatst in Hugo von Hofmannstahl | Tags: , , | 1 reactie

Droom van de witte akelei (J.W.F. Werumeus-Buning)

Zij kwam en wandelde met mij En knielde aan een beek en zei Dit is de witte akelei. Zij streelde het licht sidder-gras, En zeide dit is God’s gewas Dat boven mijn hoofd zingend was. Zij zei, onder dit gras-geruisch … Lees verder

Geplaatst in J.W.F. Werumeus-Buning | Tags: , , | Een reactie plaatsen

Lied tegen het licht te bekijken (Lucebert)

Het is een rustige rustige Het is een heldere snaar Een mens in de ruimte Onder melangolieke haren Geschaduwd door de geuren Van de gotiese blijdschap Is het een lakken pijn Of een kortharen pomp Waarmee hij zo eenzaam leeft? … Lees verder

Geplaatst in Lucebert | Tags: , | 1 reactie

Derde gedicht voor Maria Magdalena (Paul Snoek)

Liefste met je lichaam medeplichtig aan de schuld van dit gedicht, mijn hooglied zal een laaglied zijn, mijn kus een handvol rustig stof. Je hart, je schonk het mij scheurend, maar je lichaam je draagt het gedragen als de schaduw … Lees verder

Geplaatst in Paul Snoek | Tags: , | 1 reactie

¡Ay voz secreta del amor oscuro!/Ach geheime stem van donkere liefde! (Federico García Lorca)

¡Ay voz secreta del amor oscuro! ¡ay balido sin lanas! ¡ay herida! ¡ay aguja de hiel, camelia hundida! ¡ay corriente sin mar, ciudad sin muro! ¡Ay noche inmensa de perfil seguro, montaña celestial de angustia erguida! ¡ay perro en corazón, … Lees verder

Geplaatst in Federico Garcia Lorca | Tags: , , | 1 reactie

Pantheïstisch uur (Huub Beurskens)

Niets is begin. Vanmiddag houdt de wind van hoge populieren en de zon van tussenbeide komen. Bomen hebben ook gehoor — waar is hun bruisend ruisen anders voor? En rododendrons tonen zich lilarood om het mij te zien bemerken. De … Lees verder

Geplaatst in Huub Beurskens | Tags: , | 1 reactie

De slaper (H.C. ten Berge)

In de koude van de winter verkropt, als blad beweegt zich zijn woord: groen dwangbuis van beteugelde verlangens, knop nog, opgerold en ingebakerd, nerf en vouw verdonkeremaand. Dwalend door gedroomde steden waar geen boodschap uithangt en ontvolkte straten zijn gerangschikt … Lees verder

Geplaatst in H.C. ten Berge | Tags: , | Een reactie plaatsen

Aan de ganzen (N.E.M. Pareau)

Laat in de nacht, wanneer ik droomend door het venster staar, roepen uit hooge luchten onzichtbaar overgaande ganzenvluchten; een zwak gekrijsch, dat zwelt en gaat teloor. Nauw drijven door de duisternis geruchten; de zomernacht is zwoel en drachtig. Voor de … Lees verder

Geplaatst in N.E.M. Pareau | Tags: , | Een reactie plaatsen